Groep 3-4Drama

Dino's versus oermens

Maak een presentatie waarin dinosaurussen en oermensen samenkomen.  

Hier gaat het over
betekenis

Dino's versus oermens

In deze les brengen we op een fantasierijke wijze historische begrippen bij elkaar die niet bij elkaar passen en sluiten hiermee aan bij kerndoelen 40, 51 en 52. 
Hier kun je op letten
vorm

Mimiek

De leerling weet dat je met je mimiek (gezichtsuitdrukking) kunt laten zien hoe de speler zich voelt. 
 
Toelichting:
  • De doelen zijn geen meetlat. Lees ze om een beeld te krijgen waartoe je leerlingen in staat zouden kunnen zijn. Voldoen leerlingen niet aan dit doel wordt geadviseerd te differentiëren, dus randvoorwaarden te creëren waarbinnen het betreffende kind toch vooruitkomt in dat doelgebied.
  • Het werken met gezichtsuitdrukkingen blijft een aandachtspunt, omdat ze in het dagelijkse communiceren weinig en onbewust voorkomen. Advies is om vooral dat één kind in de repetitiefase ‘uitstapt’ en als kijker coacht waar gezichtsuitdrukkingen wenselijk zijn. Zo langzaam dat bewustzijn te koppelen aan eigen spel waarbij gezichtsuitdrukkingen groot ingezet kunnen worden. 
Hier ga je het mee maken
werkwijze

Jabbertalk

De leerling weet dat jabbertalk fantasietaal is. De leerling kan een eenvoudige presentatie maken met jabbertalk en de fantasietaal van klasgenoten begrijpen.  
 
Toelichting: 
  • De doelen zijn geen meetlat. Lees ze om een beeld te krijgen waartoe je leerlingen in staat zouden kunnen zijn. Voldoen leerlingen niet aan dit doel wordt geadviseerd te differentiëren, dus randvoorwaarden te creëren waarbinnen het betreffende kind toch vooruitkomt in dat doelgebied.
  • Er is nauwelijks sprake van een jabberdrempel in groep 3 omdat in de kleuterleeftijd fantasietaal door veel kinderen heel normaal wordt gevonden. De tweetaligen kunnen terugvallen op een rijkdom aan klanken. De ervaring is dat dit moeiteloos gaat, hier en daar een kind dat het misschien wel vreemd vindt maar die zegt dan in de presentaties iets minder en dat is natuurlijk o.k. 
Deze werkvorm valt qua materiaal onder dezelfde regels als acteren. Dat betekent dat je naar eigen inzicht materiaal beschikbaar mag stellen en dat de leerlingen gebruik mogen maken van meubels. 
Zo kom je op ideeën
onderzoek

Prik je wie

De leerling oefent met het leggen van verbanden tussen de opdracht en willekeurig gekozen personages.

Toelichting:
  • Benadruk dat alle spelideeën evenveel waard zijn dus dat leerlingen uit moeten kijken voor oordelen als ‘ongeschikt’ of ‘raar’.
Per leerling:
  • pen of potlood
  • klein papiertje