Groep 7-8Drama
Avontuur
Maak een presentatie waarin een kinderavontuur wordt uitgebeeld.

Hier gaat het over
Hier kun je op letten
vorm
Spelrichting
De leerling is in staat om zijn spelrichting tijdens het spel aan te passen.
Toelichting:
- De doelen zijn geen meetlat. Lees ze om een beeld te krijgen waartoe je leerlingen in staat zouden kunnen zijn. Voldoen leerlingen niet aan dit doel wordt geadviseerd te differentiëren, dus randvoorwaarden te creëren waarbinnen het betreffende kind toch vooruitkomt in dat doelgebied.
- De leerlingen die op zichzelf en medespelers gericht zijn kun je op dit aspect duidelijk onderscheiden van de leerlingen die met het publiek bezig zijn en daarmee ook meer met de kunstvorm theater. Omdat het zo concreet is helpen ze elkaar hier makkelijk bij. Wees je ervan bewust dat dit een onneembaar obstakel is voor sommige leerlingen en bescherm ze tegen onbegrip van klasgenoten hierop. Het aantal leerlingen dat beter wordt in spelrichting neemt duidelijk toe mits ze voldoende in staat zijn gesteld dit aspect te trainen.
vorm
Stem
De leerling weet dat je met je stem kunt uitdrukken wat je personage voelt en meemaakt. De leerling zet accent, tempo, stemkleur en volume in om de belangrijkste emoties van het spel te ondersteunen. De leerling kent het verschil tussen 'een stemmetje trekken' en de eigen stem manipuleren en kan daarmee experimenteren.
Toelichting:
- De doelen zijn geen meetlat. Lees ze om een beeld te krijgen waartoe je leerlingen in staat zouden kunnen zijn. Voldoen leerlingen niet aan dit doel wordt geadviseerd te differentiëren, dus randvoorwaarden te creëren waarbinnen het betreffende kind toch vooruitkomt in dat doelgebied.
- Accenten, tempo, stemkleur, stemvolume, niets is deze leeftijdsgroep te gek. Ook komen nu de leerlingen bovendrijven die hier moeite mee hebben. Dit komt omdat stem erg persoonlijk is: je kunt je ware emoties er doorheen horen. Maak de groep attent op de zorg die ze hebben voor elkaar en elkaar i.p.v. te bekritiseren elkaar te helpen. Accepteer ook dat sommige leerlingen hierin niet durven te groeien wat ook o.k. is. Aandachtspunt is dat het trekken van extreme stemmetjes slecht is voor de stembanden, afleidt en het spel absoluut niet ondersteunt. Hanteer daarbij dat ‘als het erg opvalt de stem te groot wordt ingezet’.
vorm
Houding
De leerling kan variëren in houdingen die passend zijn bij zijn personage.
Toelichting:
- De doelen zijn geen meetlat. Lees ze om een beeld te krijgen waartoe je leerlingen in staat zouden kunnen zijn. Voldoen leerlingen niet aan dit doel wordt geadviseerd te differentiëren, dus randvoorwaarden te creëren waarbinnen het betreffende kind toch vooruitkomt in dat doelgebied.
- Het werken met houdingen blijft een aandachtspunt, omdat ze in het dagelijkse communiceren weinig en onbewust voorkomen. Advies is om vooral dat één kind in de repetitiefase ‘uitstapt’ en als kijker coacht waar houdingen wenselijk zijn. Zo langzaam dat bewustzijn te koppelen aan eigen spel waarbij houdingen groot ingezet kunnen worden tot het punt waarop kinderen in staat zijn dat uit zichzelf te doen.
Hier ga je het mee maken
werkwijze
Acteerspel
De leerling kan zich verplaatsen in zijn rol en daarbij rekening houden met verschillende vormaspecten.
Toelichting:
- De doelen zijn geen meetlat. Lees ze om een beeld te krijgen waartoe je leerlingen in staat zouden kunnen zijn. Voldoen leerlingen niet aan dit doel wordt geadviseerd te differentiëren, dus randvoorwaarden te creëren waarbinnen het betreffende kind toch vooruitkomt in dat doelgebied.
- Veel leerlingen in groep 7 en 8 vinden dit fijn om te doen, ze pakken hun moment (afhankelijk van de pedagogische veiligheid). Blijf coachen op het non-verbale aspect van acteerspel om te voorkomen dat het 'staan-en-praten' wordt en op het ontvangen van andermans spel alvorens te reageren.
Bij acteren kun je naar eigen inzicht materiaal beschikbaar stellen. Dat kan ook abstract materiaal zijn al na gelang de opdracht. Ook mogen ze zo nodig gebruikmaken van meubels.
Zo kom je op ideeën
onderzoek
Prik je wie
De leerling oefent met het leggen van verbanden tussen de opdracht en willekeurig gekozen personages.
Toelichting:
Toelichting:
- Benadruk dat alle spelideeën evenveel waard zijn dus dat leerlingen uit moeten kijken voor oordelen als ‘ongeschikt’ of ‘raar’.
Per leerling:
- pen of potlood
- klein papiertje